Het eigenwoningforfait is een percentage van de WOZ-waarde van de eigen woning die je hoofdverblijf was. Gebruik voor het bepalen van het eigenwoningforfait de volgende tabel.
Waarde van de woning: | Forfait: | |
meer dan: | niet meer dan: | |
- | € 12.500 | 0% |
€ 12.500 | € 25.000 | 0,20% |
€ 25.000 | € 50.000 | 0,35% |
€ 50.000 | € 75.000 | 0,45% |
€ 75.000 | - | 0,60% |
Het eigenwoningforfait is maximaal € 9.150,-
Geen of geringe eigenwoningschuld
Als je een eigen woning hebt die je hoofdverblijf is en je hebt geen
of weinig aftrekbare kosten eigen woning, dan heb je mogelijk recht op aftrek
wegens geen of geringe eigenwoningschuld. Deze aftrek wordt verleend als het
saldo van het eigenwoningforfait min de aftrekbare kosten, zoals (hypotheek)rente,
positief is. De aftrek is gelijk aan het verschil tussen het eigenwoningforfait
en de aftrekbare kosten die daar betrekking op hebben. Door deze aftrek kan
de bijtelling van het eigenwoningforfait nooit leiden tot een per saldo positief
inkomensbestanddeel in box 1.
Eigenwoningforfait | € 1.200 |
Aftrekbare (hypotheekrente) en kosten | € 1.000 - |
Saldo inkomsten en aftrekposten eigen woning | € 200 |
Aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld | € 200 |
Als je naast het eigenwoningforfait inkomsten hebt uit tijdelijke verhuur van de eigen woning en/of een belastbaar deel van een uitkering uit een kapitaalverzekering eigen woning, dan leiden die inkomsten per saldo wel tot een bijtelling.
Deel van jaar eigen woning
Als je maar een deel van het jaar een eigen woning had, dan moet je een evenredig
deel van het eigenwoningforfait aangeven. Als je bijvoorbeeld een half jaar
een eigen woning had, dan geldt ook de helft van het eigenwoningforfait en de
helft van € 9.150,- als maximumbedrag.