In het belastingstelsel wordt onderscheid gemaakt naar inkomen. In
totaal zijn er drie inkomstenboxen. Elke soort inkomen valt in een
bepaalde inkomensbox. Voor elke box gelden er andere tarieven en regels.
De boxen zijn als volgt verdeeld:
Box I: Inkomen uit werk en woning
Box ll: Inkomen uit aanmerkelijk belang
Box lll: Inkomen uit sparen en beleggen
Op verzoek kan het heffingsvrije vermogen volledig worden overgedragen aan de fiscale partner. Het bedrag wordt dan verhoogd met € 2.674 voor belastingplichtigen met minderjarige kinderen. Deze verhoging geldt per kind.
Voor 65-jarigen geldt een verhoging van de vermogensvrijstelling in de vorm van een ouderentoeslag. De ouderentoeslag bedraagt maximaal € 26.494 en hangt onder andere af van de hoogte van het inkomen uit werk en wonen. De ouderentoeslag is ook overdraagbaar tussen (fiscale) partners. Belastingplichtigen met een bescheiden vermogen zullen dus niet te maken krijgen met een heffing in box III.